Over de liefde

Afgelopen zaterdag publiceerden NRC Handelsblad en NRC Next het mooie verslag dat journalist Mirjam Remie schreef naar aanleiding van haar bezoek aan mijn gespreksgroep in zorgcentrum Groenelaan, waar ik elke twee weken een gespreksgroep heb met bewoners van de somatische afdeling. We spraken met elkaar over de liefde. Hoe ging dat vroeger, toen er nog geen datingapps bestonden? Het artikel was geïllustreerd met liefdesoproepen die Mark Traa recentelijk heeft verzameld uit vooroorlogse kranten.

Het artikel Een liefje vinden – daar was dansles voor opent als volgt:
‘Trouw niet met zo’n Hollandse aap’, hadden de vriendinnen van Henriette van Til (85) nog zo gezegd toen ze als meisje vanuit Indonesië naar Nederland verhuisde. Maar ze heeft het toch gedaan. „Omdat-ie zo lief was”, vertelt ze glunderend, in het verpleeghuis Groenelaan in Amstelveen.  (…) Je leerde elkaar kennen omdat je dicht bij elkaar in de buurt woonde”, zegt Hendrika Kwantes (92). „We kwamen elkaar constant tegen in ons dorp, Appingedam in Groningen. Ik was een jaar of 17, hij 19. Op zijn twintigste moest hij naar Duitsland en vergat ik hem. Toen ik vier jaar later ergens aan het dansen was, want dat mocht op veel plekken gratis na de oorlog, kwam mijn vriendin binnen lopen en zei: er staat daar iemand op je te wachten. Vanaf dat moment was hij mijn vriendje. Een halfjaar later zijn we getrouwd. Dat is 55 jaar zo gebleven.”

Het vervolg is te lezen op de website van NRC Handelsblad (betaald)

Het boekje van Mark Traa met contactadvertenties heet Steeds blijf ik u beminnen.

traa1

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized en getagged met , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.